Meditatie over Romeinen 8:7
Als je in het ziekenhuis onder de scan moet, dan is dat vaak niet een goed teken. Je hebt mogelijk een ernstige ziekte in je lichaam. En dan kan je je gezond voelen. De werkelijkheid kan soms totaal anders zijn. Namelijk dat je misschien wel doodziek bent. Nu legt de Heere ons ook onder een soort scan. De scan van zijn Woord en zijn geboden. Hij toetst ons niet alleen van de buitenkant. Maar Hij ziet en oordeelt ook onze binnenkant. Ons hart, onze gedachten, onze verlangens. Hij toetst ons wij van onszelf zijn.
En wat is de uitkomst van die scan? Dat het niet goed met ons gesteld is. Het eerlijke, maar ingrijpende oordeel zegt de Heere bijvoorbeeld in Romeinen 8:7. Paulus zegt daar: “Immers, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. Het onderwerpt zich namelijk niet aan de wet van God, want het kan dat ook niet.” Als de Heere met zijn heilige Geest niet in ons hart zou werken, dan is daar alleen maar dit te vinden: vijandschap tegen God. En geen onderwerping aan zijn wetten. Een confronterende uitkomst van de scan. Maar het is de waarheid van God. Wij kunnen ons gezond voelen. Maar we blijken doodziek. Vijanden van God. Dat zijn we.
Is daar dan ook iets van te zien om ons heen? Nu kan deze vijandschap duidelijk zichtbaar worden in tijden van oorlog. Als het recht van de sterkste gaat gelden. Als de orde wegvalt. Als er geen controlerende macht meer is. En het recht wegvalt. Dan blijkt in alle gruwelijkheden waartoe wij mensen in staat zijn. Ook dat is mensenwerk, laten we daar niet voor wegkijken. Toch kan het ook anders. Want ook in een toch vrij net land als Nederland is er ook vijandschap tegen God. Hoe dan? Bijvoorbeeld als mensen niet in God geloven en toch wel een netjes leven hebben. Waarom hebben ze dan een goed leven? Of waarom kiezen ze dan voor een huwelijk in trouw en verbondenheid? Of waarom vloeken ze dan niet? Bijvoorbeeld, omdat ze dat gewoon belangrijk vinden. Belangrijke waarden vinden. Niet omdat Gód dat van hen vraagt. Nee, dat kiezen ze zelf. Daarvan geldt dus ten diepste hetzelfde: zij onderwerpen zich niet aan God en zijn vijanden van de Heere. Uiteraard is dat dan zichtbaar op een compleet andere manier. En uiteraard is de ene zonde erger dan de ander. Maar de bron is hetzelfde. Het hart is hetzelfde: vijandschap tegen God. En géén onderwerping aan de wet van God.
Een pijnlijke uitkomst. Willen we daar niet liever voor wegrennen? Blijven ontkennen? Kop in het zand steken? Als we eerlijk zijn: ja, dat willen we. Want we vinden vaak toch van onszelf dat het best wel goed gaat. Maar dat is niet de beste manier om ermee om te gaan. Dat geldt voor een diagnose van het ziekenhuis. Dat geldt zeker ook van de diagnose die God ons geeft. Als we dat ontkennen, komt het niet goed met ons.
Wat wil de Heere? Hij wil dat we het eerlijk belijden. Maar tegelijk geeft Hij mét de diagnose ook de uitkomst. Want deze zelfde God die de eerlijke diagnose stelt. Die gaf ook zijn Zoon. Zijn innig geliefde Zoon. Om ons te redden van de zonde. En te bevrijden van het oordeel. In de geborgenheid van zijn eeuwige liefde is het veilig. Dan kan je eerlijk erkennen dat je zondaar bent. En dat je nog steeds een zondig hart hebt, waaruit elke dag zonden ophoog springen. Maar kan je ook vluchten tot Jezus. Voor genade. Vergeving. En vernieuwing. Elke dag weer. Tot aan de terugkomst van Jezus Christus.
Vragen ter overweging
- Herken je ook zelf iets van die vijandschap tegen God? En het verlangen om je niet aan Gods wet te onderwerpen?
- Wat maakt het zo moeilijk voor ons mensen, om onze schuld eerlijk te erkennen?
- Hoe kan het, dat die vijandschap tegen God zich in ons land soms helemaal niet duidelijk uit?
- Kan je tegelijk ook voorbeelden noemen van ons land, waarin die vijandschap tegen God zich wel uit?